De vrederechter is bevoegd om betwistingen betreffende het bestaan, de geldigheid of de nietigverklaring van een huurovereenkomst te beslechten, ongeacht het bedrag van het geschil of de aard van de huurovereenkomst.
Dit is een speciale bevoegdheid voorzien in artikel 591, 1° van het Gerechtelijk Wetboek.
De vrederechter is dus steeds bevoegd wanneer:
Zijn deze voorwaarden niet vervuld, dan is de vrederechter niet bevoegd om het geschil te beslechten.
Wat betreft de territoriale bevoegdheid is de vrederechter van de plaats waar het goed gelegen is als enige bevoegd om een uitspraak te doen over de betwistingen op het vlak van huurovereenkomsten (art. 629, 1° G.W.).
Wat wanneer het gebouw gelegen is in de rechtsbevoegdheid van verschillende kantons? In dat geval kan het verzoek ingediend worden bij de rechter van het kanton waarin een deel van het gebouw gelegen is.